Uit de praktijk: Uitzichtloos

21/02/2023

Als rayonbestuurder begeleid je leden die ondersteuning nodig hebben om iets tot een goed einde te brengen. Daarbij kom je de meest uiteenlopende en soms bizarre zaken tegen. Verhalen in deze rubriek zijn waargebeurd. Ter bescherming van leden zijn sommige details weggelaten en de namen die gebruikt worden verzonnen.

Gé had heel zijn leven hard gewerkt. Veel overwerk voor zijn werkgever in de weekenden, avonden en soms zelfs nachten en daarnaast altijd klussen in en om het huis. Lui was hij nooit geweest en zijn werkgever en vrouw waren altijd blij met zijn inzet. Hij werkte snel en netjes, niets was te veel gevraagd. Tot er een paar jaar geleden een kink in de kabel kwam. Hij voelde zich al een tijdje moe en lusteloos, had niet meer zo’n zin in altijd maar ‘van alles moeten’.

Zijn vrouw wilde iedere keer met hem praten over ‘hoe hij veranderd was’, maar ook daar had hij helemaal geen zin in. Hij sloot zich steeds vaker op in de schuur, dat was zijn ‘mancave’ waar hij alleen kon zijn. Vanaf het moment dat hij niet lekker in z’n vel zat, zat hij daar hele avonden voor zich uit te staren en dronk daar steeds vaker een biertje bij. Dat biertje werd meerdere biertjes tot Gé geen avond meer nuchter naar bed ging en zijn vrouw besloot het huis – en daarmee ook Gé – te verlaten. Hij voelde zich daardoor nog ellendiger en de problemen werden alleen maar groter. Hij kon en wilde niet meer extra werken, verwaarloosde het huis en begon steeds vroeger aan een biertje. Tot het op een gegeven moment zo’n negatief effect had dat hij ontslagen werd. Niet zomaar hoor. Nee, zijn werkgever had meerdere keren met hem gesproken en hulp aangeboden, maar Gé wilde geen gesprek en geen hulp. Hij wilde met rust worden gelaten.

Gé kwam in de WW terecht en had het de eerste periode prima naar zijn zin. Hij hoefde eindelijk helemaal niets meer en maakte zich nergens druk over. Hij rommelde wat in de tuin, deed een boodschapje en als de lunch naar binnen was gewerkt, werd het tijd voor een biertje. Zo sleet hij zijn dagen en ’s avonds ging hij vroeg naar bed. Hij sliep lekker uit en begon daarna weer aan zijn vaste ritueel: beetje rommelen, boodschapje doen, lunchen, biertje….

 

Ongezond op meer manieren

Gé was volledig in een sleur geraakt. Hij was inmiddels al 16 maanden thuis, deed eigenlijk niets, at slecht, dronk te veel. En nu begon hij met zijn gezondheid te kwakkelen. Hij was moe, lusteloos en chagrijnig. Dus besloot hij zich maar eens bij de huisarts te melden. Na een hoop vragen van de huisarts te hebben beantwoord en onderzocht te zijn was de huisarts duidelijk: Gé was in een negatieve spiraal terechtgekomen en hij moest eraan gaan werken om daaruit te komen. Met tegenzin volgde Gé het voorgeschreven programma. Hij ging sporten, liet zich begeleiden door een diëtiste en stopte met drinken. Hij kreeg contact met een vast clubje sportschoolbezoekers en kreeg zowaar plezier in het sporten. Er was weer een stukje gezelligheid in zijn leven. Na verloop van tijd besefte Gé zich dat hij serieus moest gaan solliciteren om weer aan het werk te komen. Het einde van de WW-periode kwam in zicht en het was beter voor hem om weer actief te worden. Bovendien wilde hij niet in de bijstand terecht komen want dat had grote gevolgen. Dus ging Gé serieus aan de slag, maakte een mooi CV en solliciteerde naar elke baan die maar een beetje leuk leek en een goed loon had. Hoe gemo tiveerd hij ook was met solliciteren, het lukte maar niet om aan het werk te komen en langzaam maar zeker begon hij in paniek te raken. Hij besloot met HZC te bellen om te vragen of zij nog tips voor hem hadden.

 

Pech met een goede afloop

Na het verhaal aangehoord te hebben was de eerste vraag die Gé van HZC kreeg: ‘Onder welke cao werkte je voordat je in de WW kwam?’ En vervolgens werd hem verteld dat hij onder die cao recht op PAWW had. Gé had er werkelijk nog nooit van gehoord, maar al snel werd duidelijk dat in sommige cao’s en PAWW-regeling was afgesproken; een verzekering voor een derde jaar WW- uit kering. Ook voor de cao waar hij onder viel toen hij nog werkte was zo’n afspraak gemaakt. Hij stuurde zijn arbeidsovereenkomst en laatste loonstroken naar HZC en vanuit daar zou de aanvraag geregeld worden. Tot hij een telefoontje van de rayonbestuurder kreeg. Zijn werkgever had niet aan de verplichtingen van de cao voldaan en hij was niet voor de PAWW-verzekering aangemeld. Dat had Gé kunnen zien op zijn loonstrook, want er wordt een paar euro premie per maand ingehouden voor de PAWW. Dat had hij nooit gezien, want hij keek niet naar zijn loonstrook. Hij keek enkel naar wat er op zijn rekening werd gestort. En nu zat hij met de gebakken peren. De rayonbestuurder beloofde alles op alles te zetten om toch een PAWW-uitkering te krijgen voor Gé, maar of dat zou lukken? Gé kreeg het advies om vooral te blijven solliciteren en kreeg nog wat tips over bedrijven waar ze vacatures hadden.

Of het HZC zou lukken om voor Gé alsnog PAWW te krijgen zouden ze nooit te weten komen, want Gé belde na twee weken dolblij op dat hij een baan had gevonden. Of HZC even naar de papieren wilde kijken voordat hij een handtekening zette? Alles bleek prima in orde en sinds enkele maanden is Gé weer aan de slag. Maar nu controleert hij elke maand zijn loonstrook om onder andere te kijken of er PAWW-premie werd ingehouden. Je weet tenslotte maar nooit.

Lees ook eens het artikel Hoe zit het precies met de PAWW-regeling?

 

Heb je vragen naar aanleiding van dit artikel? Neem dan contact op met de HZC Servicedesk via 030-6006070 of mail naar servicedesk@hzc.nl